In onze zoektocht naar de positieve kracht van toerisme voor de reiziger, de bewoner, de ondernemer en de plek, wilden we weten wat van een bestemming nu juist een florerende bestemming maakt. Weten, doe je door te meten. Maar we moesten andere dingen beginnen meten. Want meer en groter, wat je makkelijk kan meten, betekent niet altijd beter. Daarom hadden we een nieuw meetkader nodig. Bart Neuts en Vincent Nijs ontwikkelden in samenwerking met de KU Leuven een meetkader voor florerende bestemmingen.
Nieuwe visie vraagt nieuwe indicatoren
Indicatoren die gebruikt worden om succes en evoluties doorheen de tijd te bepalen, komen tot stand door een combinatie van achterliggende waardeoordelen en beschikbaarheid van data. Het eerste aspect is filosofisch, het tweede aspect pragmatisch. Om het pragmatische kunnen we niet heen, metingen gaan nu eenmaal over tastbare zaken. Bij het filosofische aspect dienen we echter wel stil te staan, want het betreft hier een maatschappelijke keuze over wat we belangrijk vinden om succes te bepalen [1].
Deze oefening heeft Toerisme Vlaanderen de voorbije jaren samen met vele partners doorlopen, met als gevolg dat toerisme nu gezien wordt als middel om bewoners, bezoekers, ondernemers en plekken te laten floreren. Dergelijke vernieuwende visie vergt nieuwe indicatoren, want zoals Stiglitz, Sen en Fitoussi [2] schrijven: de dingen die we meten, bepalen deels ons gedrag.
Afbakening van belangrijke dimensies
Binnen het meetkader worden voor elke stakeholdergroep (bewoners, bezoekers, ondernemers) en de plek belangrijke dimensies afgebakend waarop toerisme een positieve invloed kan hebben – of waar mogelijke negatieve effecten moeten gemonitord worden. Er wordt daarbij uitgegaan van bestaande kennis in verschillende domeinen zoals levenskwaliteitsstudies, studies omtrent de toeristische belevingswaarde en duurzame bedrijfsmodellen. Het kader geeft op die manier aandacht aan sociale en ecologische effecten, zonder de positieve economische impacts uit het oog te verliezen
Dimensies zijn combinaties van indicatoren
De geïdentificeerde dimensies zijn bovendien combinaties van verschillende indicatoren. Zo wordt het economisch rendement van ondernemers bijvoorbeeld bepaald door omzet, winstmarge, liquiditeit en solvabiliteit en omvat tewerkstelling zowel kwantitatieve als kwalitatieve elementen.
Meetkader met twee niveaus
Om rekening te houden met het feit dat veel indicatoren nog niet beschikbaar zijn – bijvoorbeeld omdat ze technisch gezien niet verzameld worden (e.g. uitstoot van toeristische ondernemingen) – wordt het meetkader ontwikkeld op twee niveaus. Niveau 1 is dan het meest gedetailleerde niveau dat vooral theoretisch wordt uitgewerkt en dienst doet als toolbox. Niveau 2 verzamelt een beperkte set van indicatoren die als quasi-universeel kunnen beschouwd worden en die een min of meer objectief beeld kunnen vormen van de evolutie in kernaspecten van de florerende bestemming.
In de toekomst willen we, in samenwerking met het nog op te richten Kennisnetwerk, het model verder uitdragen en invullen. Zo kunnen we met z’n allen makkelijker meten of we duurzaam bezig zijn en worden er zoveel mogelijk florerende bestemmingen ontwikkeld. Want daar wordt iedereen beter van.
- [1] Mazzucato, M. (2018). The value of everything. Making and taking in the global economy. Milton Keynes, UK: Penguin Books.
- [2] Stiglitz, J., Sen, A., & Fitoussi, J.-P. (2010). Mismeasuring our lives: Why GDP doesn’t add up. New York; NY: The New Press.